Startmotoren & dyamo's

Maak een keuze uit onze automerken:

Hoe werkt een dynamo?

Vroeger gebruikten auto's generatoren in plaats van alternatoren om het elektrische systeem van het voertuig van stroom te voorzien en de batterij op te laden. Dat is niet meer het geval. Naarmate de autotechnologie evolueerde, nam ook de behoefte aan meer vermogen toe. Generatoren produceren gelijkstroom, die in één richting stroomt, in tegenstelling tot de wisselstroom voor de elektriciteit in onze huizen, die periodiek de richtingen omkeert. Zoals Tesla in 1887 bewees, werd wisselstroom aantrekkelijker omdat het efficiënter een hogere spanning genereert, iets wat nodig is in moderne auto's. Maar autoaccu's kunnen geen wisselstroom gebruiken, omdat ze gelijkstroom produceren. Het resultaat is dat het vermogen van de dynamo wordt gevoed via diodes, die de wisselstroom omzetten in gelijkstroom.

De rotor en de stator zijn de twee componenten die stroom genereren. Terwijl de motor de dynamopoelie aandrijft, draait de rotor langs drie stationaire statorwikkelingen, of draadspoelen, die een vaste ijzeren kern omringen die de stator vormt. Dit wordt een driefasestroom genoemd. De spoelwikkelingen zijn gelijkmatig verdeeld met intervallen van 120 graden rondom de ijzeren as. Het alternerend magnetisch veld van de rotor produceert een daaropvolgende wisselstroom in de stator. Deze wisselstroom wordt via statorleidingen in een verbindingsset van diodes gevoerd. Twee dioden verbinden met elke statorleiding om de stroom te regelen. De diodes worden gebruikt om de stroom in wezen te blokkeren en één kant op te sturen. Omdat batterijen DC-stroom nodig hebben, zorgen de diodes een stroom in dezelfde richting laat gaan.